Weet jij of je paard fit genoeg is voor het niveau dat je wilt rijden? In dit artikel leg ik onder andere uit wat ‘fit zijn’ betekend, waarom het zo belangrijk is en krijg je een paar handvatten om mee te nemen in je eigen fitnessplannen.

Wat is 'fit zijn'?
Fit zijn is het kunnen doen wat je wil doen zonder een verhoogd risico op blessures door piekbelastingen en of overtrainingen. Dat geldt voor jou als ruiter, maar ook zeker voor je paard. Wil jij met je paard een B eventingwedstrijd rijden? Dan is het zaak dat jij en je paard over een conditie beschikken waardig aan die klasse. Heb je ambitie om hogerop te komen dan worden er ook andere fitness waarden van je verwacht en daar moet je voor trainen.
De reden dat je traint.
Paarden die fit zijn raken minder snel geblesseerd dan paarden die niet fit zijn (Munster, C. et al. 2013). Om je paard fit te krijgen heeft hij regelmatig een goede trainingsprikkel nodig. Afwisseling en weten wat je doet in je training is daarom heel belangrijk. Om je paard zo fit mogelijk te krijgen moet je rekening houden met bepaalde eigenschappen zoals zijn leeftijd, blessuregeschiedenis, de belasting (workload) dat het paard moet verduren en je paard zijn fysieke capaciteiten (verhouding tussen belasting/ belastbaarheid) (Marlin, D & Nankervis K., 2002). Door het trainen van je paard spreek je verschillende systemen en weefsels (spieren, botten, pezen en banden) aan die op wedstrijd belast worden.
Hoe train je voor eventing? (ongeacht niveau)
Kijk wat je nodig hebt: Hoe lang duurt de wedstrijd (eendaagse of meerdaagse)? Wat is de benodigde snelheid in de cross?
Plan minimaal 8 – 12 weken terug vanaf de wedstrijd die je in je agenda hebt gezet. Met de informatie die je bij punt 1 verzameld hebt kan je een trainingsplan opstellen voor je paard met daarin galop-, heuvel-, dressuur-, spring, en crosstrainingen.
Zorg ervoor dat je genoeg herstel/ rustperiodes meeneemt in je trainingsplan. Bij trainingen ontstaan er in de weefsels van je paard microtrauma’s. Wanneer deze niet voldoende herstellen (door te weinig rustdagen) kunnen er blessures ontstaan. Microtrauma’s zijn niet per definitie erg, die zijn ook nodig om verbetering te krijgen. Maar je moet goed weten wat je doet.
Houd er rekening mee dat na een springtraining je paard 5 tot 7 dagen rust nodig heeft en na een crosstraining 8 tot 10 dagen. En met rust bedoelen we een actieve rustperiode met lichte activiteiten zoals lichte dressuurtrainingen, bosritjes en joggen aan de longe. In een rustperiode ga je niet springen. 8 tot 10 dagen voor een wedstrijd is ook een actieve rustperiode voor een maximale prestatie op de wedstrijd.
Leidraad rustperiodes:
5 tot 7 dagen na een springtraining/-wedstrijd
8 tot 10 dagen voor én na een eventingtraining/-wedstrijd.
Deze leidraad is afhankelijk van de getraindheid van je paard. Als je paard qua trainingsprikkels goed genoeg getraind is kan je sneller weer aan de gang. Het kan voorkomen dat een paard die eigenlijk niet klaar is voor een bepaald niveau minimaal 14 dagen hersteltijd nodig heeft omdat hij dan echt moet bijkomen. Maar het kan ook voorkomen dat je een cross wedstrijd als een galoptraining in schakelt omdat dat dan de trainingsprikkel is die een paard nodig heeft.
Als afsluiter...
Weet wat je traint én waarvoor je traint!
Afgaan op je gevoel is belangrijk, maar vergeet niet dat een paard een vluchtdier is. Veel paarden laten pijn pas later zien dan dat het ontstaan is. Op je gevoel afgaan is erg subjectief. Objectief meten is niet verkeerd. Je moet er alleen niet afhankelijk van zijn. Maar als je gevoel zegt mijn paard is goed en de techniek laat wat anders zien geeft de techniek meestal iets weer waar je anders pas over een paar weken/ maanden achter komt.
Bronnen
- Munsters C.C.B.M.,(2019) ‘De training van een eventingpaard‘, presentatie.
- Munsters, C.C.B.M., Broek van den, J., Welling, E., Weeren van, R., Sloet van OldruitenborghOosterbaan, M.M., (2013). A prospective study on a cohort of horses and ponies selected for participation in the European Eventing Championship: reasons for withdrawal and predictive value of fitness tests. BMC Veterinary Research 9, 182
- Marlin, D., & Nankervis, K. J. (2013). Equine exercise physiology. John Wiley & Sons.
Meer leren over de eventingsport?
Lees één van mijn andere blogs óf meld je aan voor mijn nieuwsbrief, boordevol kennis, praktische tips en trends op het gebied van eventing.
